Das Nibelungenlied. Mit Bildern aus der Hundeshagensch. Handschrift erzählt und begleitet von H.F. Blunck. Bibliographisches Institut A.G. Leipzig. R.M. 0.90.
Een ook uiterlijk goed verzorgde, zeer beknopte ‘Nacherzählung’, die de verdienste heeft in de klare, beheerste stijl een denkbeeld te geven van de grote epiek van het Nibelungengebied, zonder overbodige herhalingen. Aanbevolen dus, hoewel in de twist der koninginnen het woord ‘Kebse’ niet vermeden wordt.
Van de bonte 15e eeuwse illustraties zou ik verschillende (Siegfrieds dood, Hagens gevangenname b.v.) graag willen missen; ik vermoed, dat de leerlingen deze vrij grof-primitieve voorstellingen enigszins belachelijk zullen vinden, terwijl bij andere de naïeve uitbeelding van mens en dier, landschap, burchten en schepen een zekere aantrekkelijkheid kan hebben.
M. VRIJDAG.