Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
Onze Taal. Jaargang 79 (2010)

Informatie terzijde

Titelpagina van Onze Taal. Jaargang 79
Afbeelding van Onze Taal. Jaargang 79Toon afbeelding van titelpagina van Onze Taal. Jaargang 79

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (25.56 MB)

ebook (26.43 MB)

XML (1.89 MB)

tekstbestand






Genre

sec - taalkunde

Subgenre

tijdschrift / jaarboek


In samenwerking met:

(opent in nieuw venster)

© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

Onze Taal. Jaargang 79

(2010)– [tijdschrift] Onze Taal–rechtenstatus Auteursrechtelijk beschermd

Vorige Volgende
[pagina 89]
[p. 89]

Taaladviesdienst
Vraag en antwoord

Herkomst dagvaarding

? In de rubriek ‘Gesignaleerd’ kwam vorige maand de taalfout dagvaardiging (in plaats van dagvaarding) ter sprake. Maar waar komt dagvaarding eigenlijk vandaan?

 

! Dit woord heeft te maken met dagvaart. Dat betekende in de Middeleeuwen nog ‘dagreis’, maar kreeg later andere betekenissen, waaronder ‘vergadering’. Dat komt waarschijnlijk doordat het woord dag soms ook ‘vergadering’ en ‘zittingsdag’ kon betekenen: ‘eene (oorspr.: eene tegen een bepaalden dag uitgeschreven) vergadering met rechterlijke of staatkundige macht’, aldus het Woordenboek der Nederlandsche Taal. Met dagvaart werd eerst ‘het naar de vergadering afreizen’ aangeduid, en later ook de vergadering zelf. Mogelijk speelde de gedachte mee dat de vergaderaars van heinde en verre moesten komen.

Van dagvaart werd dagvaarden afgeleid: ‘ter vergadering oproepen’, ook wel ‘ter gerechtszitting oproepen’. En daarbij ontstond weer een zelfstandig naamwoord, dagvaarding, dat in eerste instantie de betekenis ‘het oproepen voor het gerecht’ had en later ‘document waarmee iemand gedaagd wordt’. Overigens is ook dat werkwoord dagen (‘oproepen’) afgeleid van dag in de betekenis ‘vergadering, zittingsdag’.

Zowel... als + zijn/hun

? Welke zin is juist? ‘Zowel Visser als De Vries houdt veel van zijn land’ of ‘Zowel Visser als De Vries houden veel van hun land’?

 

! Bij een onderwerp met zowel X als Y staat de persoonsvorm bij voorkeur in het enkelvoud als X en Y allebei iets enkelvoudigs zijn (‘Zowel Visser als De Vries houdt van biljarten’). Maar een meervoudige persoonsvorm is volgens de grammaticaboeken ook wel te verdedigen, en in sommige gevallen klinkt het meervoud ronduit beter.

De zin hierboven is zo'n geval, al hangt het wel van de betekenis af. Er kan bedoeld zijn dat Visser en De Vries uit hetzelfde land komen en dus van hetzelfde land houden, maar ook dat ze uit verschillende landen komen. In dat laatste geval is het enkelvoud beter (‘Zowel Visser als De Vries houdt veel van zijn land’). Maar als de twee van hetzelfde land houden, is het logischer om van hun land te spreken dan van zijn land; en bij het meervoudige hun past de meervoudige persoonsvorm houden nu eenmaal beter dan houdt.

Het meervoud bij zowel X als Y heeft ook de voorkeur als X en Y verschillende persoonsvormen vereisen, bijvoorbeeld: ‘Zowel ik als mijn vader houden van biljarten.’ Zo voorkom je dat er ‘ik houdt’ of ‘mijn vader houd’ lijkt te staan.

Zie ook www.onzetaal.nl/advies/zowelals.php.

Wajonger(e)

? Iemand die een beroep doet op de Wet arbeidsongeschiktheidsvoorziening jonggehandicapten (afgekort: Wajong), is dat een ‘Wajonger’ of een ‘Wajongere’?

 

! De voorkeur gaat uit naar Wajonger. Deze vorm is gebruikelijker dan Wajongere en sluit beter aan bij vergelijkbare gevallen. Wajonger is namelijk van Wajong afgeleid met het achtervoegsel -er, waarmee vaak personen worden aangeduid die bij een bepaalde groep horen: AOW'er, brugklasser, enz. Bovendien is Wajonger opgenomen in de grote Van Dale (2005) - althans in een digitale update daarvan, het Jaarboek taal 2009.

Wajongere is een versmelting van Wajong en het woord jongere. Dit woord heeft als (klein) nadeel dat je kunt denken dat het per definitie op jongeren slaat, terwijl ook bijvoorbeeld veertigplussers van de Wajong gebruik kunnen maken. Echt af te keuren is dit woord niet, maar zoals gezegd is het minder gangbaar dan Wajonger.

Escaleren

? Laatst kwam ik deze zin tegen: ‘Kwesties die buiten onze bevoegdheid vallen, worden geëscaleerd naar de afdelingsmanager.’ Wat is hier bedoeld met geëscaleerd?

 

! Escaleren heeft er de laatste jaren een betekenis bij gekregen: ‘naar een hoger niveau in de organisatie brengen’ (bijvoorbeeld om uitgezocht of opgelost te worden). In dit geval is de afdelingsmanager dat hogere niveau: die moet de kwesties afhandelen. Deze nieuwe betekenis van escaleren lijkt hoofdzakelijk voor te komen in managers- en ict-jargon. Vaak gaat het om incidenten of problemen die ‘gewone’ medewerkers (bijvoorbeeld van een klantenservice) niet zomaar kunnen oplossen en die ze daarom doorgeven aan iemand die hoger in de hiërarchie staat.

Waar de nieuwe betekenis precies vandaan komt, is niet helemaal duidelijk. Wel is ze aan een opmars bezig; ze is in elk geval al opgenomen in de Van Dale-update Jaarboek taal 2010. Joch is het aan te raden er voorzichtig mee te zijn. Lang niet iedereen is bekend met het nieuwe escaleren, en de betekenis is zeker niet altijd direct uit de context af te leiden. Sommige zinnen zijn ronduit dubbelzinnig, zoals: ‘De systeem-storingen zijn vorige week geëscaleerd.’ Zijn die storingen vorige week uit de hand gelopen (gebruikelijke betekenis) of zijn ze toen doorgegeven aan een hoger niveau (nieuwe betekenis)? Voor niet-ingewijden is escaleren hier dus geen gelukkige woordkeus.

Door de week(s) / doordeweek(s)

? Is het door de week of doordeweeks?

 

! Door de week en doordeweeks bestaan allebei; doordeweeks is ontstaan als afleiding van door de week en wordt als één woord geschreven.

Welke vorm juist is, hangt van de functie in de zin af. Doordeweeks is meestal een bijvoeglijk naamwoord: ‘Hebben jullie geen doordeweeks servies?’, ‘Hij draagt zijn doordeweekse kloffie.’ Het komt ook voor in zinnen als ‘Wilco is doordeweeks vaak bij zijn moeder’; het wordt dan als bijwoord gebruikt. In dergelijke constructies is door de week echter verzorgder, in elk geval in wat formelere (schrijf)taal: ‘Ons kantoor is door de week elke dag geopend.’

Meer taaladvies?

Op onze website vindt u zo'n 1500 taalkwesties: www.onzetaal.nl/advies. De Taaladviesdienst is telefonisch bereikbaar op 0900 - 345 45 85 (zie ook colofon).


Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken