Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
Vaderlandsche letteroefeningen. Jaargang 1785 (1785)

Informatie terzijde

Titelpagina van Vaderlandsche letteroefeningen. Jaargang 1785
Afbeelding van Vaderlandsche letteroefeningen. Jaargang 1785Toon afbeelding van titelpagina van Vaderlandsche letteroefeningen. Jaargang 1785

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (6.30 MB)

Scans (38.31 MB)

XML (3.44 MB)

tekstbestand






Genre

non-fictie
sec - letterkunde

Subgenre

tijdschrift / jaarboek


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

Vaderlandsche letteroefeningen. Jaargang 1785

(1785)– [tijdschrift] Vaderlandsche Letteroefeningen–rechtenstatus Auteursrechtvrij

Vorige Volgende

Bundel van heilige Keurstoffen, benevens eene Lykpredicatie, uitgegeeven door Bartholomaeus Gabry, Predikant ter Steede Heenvliet. Te Gouda, by W. Verblaauw, en te Amsterdam, by D. Schuurman, 1785. Behalven de Voorrede 320 bladz. in gr. octavo.

In dezen Bundel is een vyftal van Leerredenen, die door ene nauwkeurige oordeelkundige verklaring der verkoozene textwoorden, en een ernstigen aendrang ter betrachtinge, hare leerzame en opwekkende nuttigheid hebben. De Eerwaerde Gabry, die den inhoud zyner tekstwoorden telkens tot een algemeen Voorstel brengt, het welk hy, met derzelver verklaring, in deszelfs byzondere deelen ontvouwt, draegt ze ons indezervoege voor, waer uit men de hierin behandelde onderwerpen kan nagaen.

Hebreën III. 1. bevat in zich ‘eene vol vriendelyke vermaaning van den Apostel aan de geloovige Hebreën, die door de Prediking van het Euangelie het geloove, en der heemelsche roepinge deelachtig zyn geworden, om, met afzien van het schaduwagtige van Moses wet en het Aäronische Priesterschap, alleen agt te neemen op den Apostel en Hoogenpriester hunner belydenisse Christus Jezus.’

Jacobus V. 11. levert ons ‘eene zeer sterke aanmaaning van den Apostel aan den geloovigen der verstrooijinge, om zig geduldig en lydzaam te gedraagen onder de roede van Godts vaderlyke kastydingen, en dus zig geheel en al over te geeven aan zyn oneindige en onbeperkte Voorzienigheid.’

Handelingen III. 12-16. behelst, ‘een gedeelte van die overdeftige redenvoering van den Apostel Petrus, gedaan by gelegenheid van het verrigten van een wonderwerk aan een zeker kreupel gebooren mensch.’ By derzelver ontvouwing gaet de Eerwaerde Gabry eerst na,

[pagina 581]
[p. 581]

de ongeveinsde betuiging van den Apostel, omtrent het verrigten van het wonderwerk, vs. 12; en dan de reden, die tot staving van zyne betuiging zeer dienstig waren, vs. 13-16. En in 't laetste komt byzonderlyk in overweging, (1.) de hoofdoorzaek van dit wonder, God zelve; (2.) de verdienende of eindoorzaek, Jezus; en eindelyk (3.) het middel, waerdoor deze kreupel gebooren is gaende geworden, zyn geloof in den naem van Jezus.

1 Corinthen IX. 24. heeft ten inhoud ‘eene zeer sterke aanmaaning des Apostels, dat een ieder op het yverigste zal tragten te loopen in de christelyke loopbaane, die ons alle is voorgesteld, om te verkrygen den prys van eene onverwelkelyke kroon, die van God zelve, aan den geenen, die den loopbaan ten einde geloopen heeft, geschonken wordt.’

Ten laetste komt hierby nog ene Lykpredicatie, ter nagedachtenisse van Vrouwe Louisa Carolina, des Heiligen Roomschen Ryks Baronesse, van Alderwereld, in haer Hoog Ed. Welgeb. leeven Vryvrouwe van Heenvliet en Coolwykspolder, enz. Uitgesproken den 28 September 1783. Des Dichters woorden Ps. CXVI. 15. geven den Leeraer aenleiding tot het voorstellen der kostelykheid van den dood der geloovigen in Gods oogen.

In de Voorreden voor deezen Bundel verleent ons de Eerwaerde Gabry, by gelegenheid dat hy gewag maekt van het voorbeeldige Prophetische, en de daerop steunende vergelykingen, welken hier en daer in deze zyne Leerredenen voorkomen, ene voorstelling van den Profeetischen inhoud van het allervolmaektst Gebed, Onze Vader enz., als zynde betreklyk tot de zeven Tydperken der Huishoudinge des Nieuwen Verbonds. Zyn Eerwaerde stelt dit niet voor als ene betoogde waerheid, maer als iets dat hem aennemelyk voorkomt, en 't geen een ander, gelyk hy zegt, die in dat gevoelen geen genoegzaam doorzigt nog zeekerheid aantreft, kan laaten vaaren, en aan deszelfs plaatze laaten. Wy houden ons aen deze party, dewyl wy 'er geheel niet doorzien; en geven aen den Lezer ter beproevinge, het geen zyn Eerwaerde wegens de vyfde Bede zegt, om na te gaen, of hy enigen wezenlyken grond kan vinden, om te denken dat onze Hemelsche Leermeester zulks niet die Bede zou bedoeld hebben.

‘De vyfde Bede, zegt de Eerwaerde Gabry, behoort tot den vyfden tyd van het Nieuwe Testament, wanneer de Kerk uit Babel was uitgegaan, verzaadigt met Lighaa-

[pagina 582]
[p. 582]

melyk en Geestelyk Manna, geregent rondom onze tenten, waarvoor wy geene dankbaarheid beweezen hebben, in zeeden zeer verbastert, en verergert, in alle ongebondenheid en godtloosheid toegenomen. Jez. I. LIX, in yver der waarheid zeer verflaauwt, zynde de Gemeente van Laödicea gelyk geworden, nog heet nog koudt, maar laauw, zo dat de Heere reden had, om ons uit zynen mond uit te spouwen, daarom onze smeekbede tot onzen Hemelschen Vader is, vergeeft ons onze schulden.

Het Propheetische van den aandrang deezer Beede, gelyk ook wy vergeeven onzen schuldenaaren, moeten wy in het oog houden, en toepasselyk maaken, niet op de Jooden, maar inzonderheid op de Lutheraanen, wyl wy te gelyk met hun uit het Pausdom waren uitgegaan, geschaard als een leger van twee heiren, dog zy zyn met ons niet getrouw gebleeven, maar zy hebben ons veel smaad en bitterheid aangedaan, zoekende ons uit te sluiten uit de Passauwsche vrede, tot dien einde aanspannende met Paapsche Vorsten, daar nogtans onze begeerte zig anders nergens na uitstrekte dan na vereeniging, dog die is altyd door de hoofdigheid van onze Broederen de Lutheraanen afgebrooken, met groot gejuich der Papisten. Egter oeffenen wy geen wraake, maar wy betuigen en zeggen, gelyk ook wy vergeeven onzen schuldenaaren.’


Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken