Diarium van Egbert Alting 1553-1594
(1964)–Egbertus Alting–Donderdach 20 Augusti 1573.Helmer van Querneheim is eerghysteriges dages an den avent ankomen ende up huyden an den avent weder na Covorden affgetogen, de sijn koetzwagen sich van Emden (daer sijn Streng. den gelaten) in de muete komen laten; re pene infecta ac plane dubia, si non desperata; dennoch mit thosage van in 14 dagen oder 3 weecken te willen ons een scryfftlick bescheet weder thokomen latenGa naar voetnoot2). Sint Ubbena ende Clandt, borgermesteren, bes Herlingen an den coronell uuthgefeerdight ende is des volgenden nachtes ende dages soe een storm ende onweder gewest, dat de dijcke weder allenthalven doerbroecken ende overlopen, gras ende koern alles verdorvenGa naar voetnoot3). |
|