Diarium van Egbert Alting 1553-1594

Maendach 13 Julii 1579.

Soe dOldampsteren tot de 2 jaertaxten voer daffkoop van de generale middelen tot 2 maenden, van den 30 Maii beginnende, geaccordeert, hebben thulpe begeert een veerde part van de kerckenupkumpsten, item de nije angeslagen landen in plaets der affgeslagen ende vergravene landen, neffens dem de van de koopenschappen ende biercijss, twelck oer dytmael affgeslagen, doch tot gelegen daerto te willen gedachtich sijn ende dyt dese reyse bij provisie soll in 14 dagen upgebracht worden, des de vrunde neet wal vredich west, dat em sulcks boven hoop ende vermoeden alles geweygert ende affgeslagen.

Huyden 14 dage in festo Petri et Pauli apostolorum Mastricht ingewonnen¹⁾.

De heren hebben ordonneert, dat de vrembde inkomelingen hoere weerden ende bekanden (daerbij se to logerende gemeent) sullen naemhachtich maken ende deselve stracks voer der poorten laten komen, omme voer se to responderende, waerup de poortwaerder ende rottmester mit de wacht neerstich upsicht sullen hebben, telcker reyse bij een marck to broeke. Des sal even wal de uptekeninge der personen gescheen na de eerste ordinantie.

1) In Reg. Feith 1579 nrs. 23 en 29 komen berichten voor over het beleg van Maastricht.