Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
Officia Ciceronis, leerende wat yeghelijck in allen staten behoort te doen, bescreuen int Latijn (1561)

Informatie terzijde

Titelpagina van Officia Ciceronis, leerende wat yeghelijck in allen staten behoort te doen, bescreuen int Latijn
Afbeelding van Officia Ciceronis, leerende wat yeghelijck in allen staten behoort te doen, bescreuen int LatijnToon afbeelding van titelpagina van Officia Ciceronis, leerende wat yeghelijck in allen staten behoort te doen, bescreuen int Latijn

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (1.10 MB)

ebook (3.18 MB)

XML (0.42 MB)

tekstbestand






Vertaler

D.V. Coornhert



Genre

proza

Subgenre

vertaling
non-fictie/politiek


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

Officia Ciceronis, leerende wat yeghelijck in allen staten behoort te doen, bescreuen int Latijn

(1561)–Marcus Tullius Cicero–rechtenstatus Auteursrechtvrij

Vorige Volgende

Van sterckheyt ende grootmoedicheyt.
Het xxiiii. Capit.

Alsoo hier voor ghestelt zijn vierderley duechden, wt welcke d'eerbaerheyt ende

[Folio 24r]
[fol. 24r]

het betamelijcke werck vlieten: so moetmen ooc dat voort edelste betamelijc feyt verstaen: dat wt eenen heerlijcken moet ghedaen werdt, twelck groothertelijc alle aertsche dinghen verachten can. Daeromme ist niet alleen verachtelijck ende snoode, daer af men segghen mach.

Ga naar margenoot+

 
Ghy mans schijnt vvijuen, nv ghy dus blodelijck mert,
 
Daer dees vvijuen mans zijn, toonende manlijck hert.

Ter contrarien gaet het in t'prijsen, Daer wy de daden, wt eenen heerlijcken grootmoedicheyt vromelijcken ende dapperlijcken volbracht, met volle monden niet volprijsen noch wtspreken en connen. Hier wt comet dat de veltslaghen van Marathone, van Salamine, van Plateis, van Thermophylis, van Leuctris, so looflijc vanden gheleerden beschreuen zijn. Hier door is onse Cocles, onse Decy, onse Cneus, ende Publius Scipiones, onse Marcus Marcellus ende ontallijcke veel anderen, maer aldermeest het Romeynsche volck (alle anderen met grootmoedicheyt te bouen gaende) so doorluchteliken in eeren vermaert. De begeerte ons volcx tot de ridderlike glorie, wert oock verclaert door de eeren beelden der

[Folio 24v]
[fol. 24v]

vrome mannen, die wi meest met harnasch verchiert sien.

margenoot+
VVt Ennio als de burgemeester doort exempel van Cloƫlia de bloheit der crijchsluyden beschelde.

Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken