Eenen nieuwen ABC of materi-boeck(1564)–D.V. Coornhert– Auteursrechtvrij Inhoudsopgave [Atys des machtighen Cresus zoon, Was stom, noyt mensch hoorden hem spreken] [By Rodes quam een groot philosoof, Met anderen schipbrukich naect op de strandt] [Coningk Agesilaus wert ghevraecht, watmen den Jonghers best mocht leeren] [Dedalum sachmen veylich vlieghen, Maer Icarus verdranck met rouwen] [Een Jongk herder plach dick te ropen, helpt, den wolf heeft my een schaep ontscaect] [Fabricius Raedsman van Romen, was van have aerm, van deuchde rijck] [Ghelijck t volck de handt veur de neuse voert, Alsmen passeert voor-by een privaet] [Heeft d'anghel den visch eens bedroghen, Onder elck aes zy dan sulcx beducht] [Indien yemant gaerne vroom is gheacht, Die leere sijn quade lusten dwinghen] [Kennisse van hem self is wijsheyt, Die boven al den menschen betaemt] [Laet een hoere in Griecken vermaert, Schoon en lustich om mans te hoonen] [Mijt ende lijt dit leert een heyden, Vintmen ter salicheyt oock corter baen?] [Noch Jonck zijnde sprack Cato seer selden, Dies hem d'ander Jonghers bekeven] [Op een tijt vreachde Diogenes, Eenen sterrekijcker by veel volckx ghestaen] [Plinius scrijft dat eenen Oliphant, Die ziende een ander sulck dier] [Quirinus een gheleert Sophist, Wert van sijns soons doot troostich vermaent] [Raet zone, wat ist dat elck mensche, Eenen veel behoeft, eenen veel heeft] [Saechmen yemant vischen inde lucht, Jaghen inde zee, ploeghen opt ijs] [Tot een die Socratem heeft ghevraecht, hoemen verwerft goede faem ghepresen] [Vriendtschaps name is nu soo heel ghemeen, Alsmen seltsaem rechte vriendtschap vindt] [Wellust en rouw waren eens twistich, Veur Jupiter elck dede daer zijn clacht] [Xenophon seyde dat een vroede, Sijn vyandt ten oorbaer can ghebruycken] [Yeghelijcx monden vant goedt clappen, Ghelijck aecxters oft papegaeyen] [Zalicheyt is het uuterste eynt, Daer alder werelts wenschen na spoet] Extract wt t'Priuilegie.