De tale Kanaäns. Een leergang liederen (onder de naam Willem Barnard)

[p. 77]

De vijfde zondag van de zomer

De Allerhoogste en zijn vriend Abraham

Schriftuurlijk lofgezang over Genesis 15.

God die ons leest
in spiegelschrift,
die onze geest
met nacht verlicht,
die sterren slaat
in het heelal,
dood is Uw daad,
stilte Uw taal.

Er is geen woord,
er is geen stem,
Abraham hoort
en hij herkent:
een vuur dat brandt
as in de keel,
een zwarte hand
die 't duister deelt.

De tijd vangt aan

van Uw verbond.

Leer ons verstaan,

o levensmond!

Uit onze dood

heft Gij ons op,

Gij Bondgenoot,

levende hoop!

Welbeminden (2)

Rijmbrief naar I Petrus 5 vs 10-15, met een slotwending naar I Petrus 2 vs 11 (zie het lied Welbeminden), op de wijs: Abrahams nazaat, Judica.

Wie het leven wil beminnen
en de dag zien van het heil,
houde alle vuile taal,
houde alle laster binnen.

Van het kwade zal hij wijken,
maar het goede jaagt hij na,
vrede zoekt hij voor en na,
voor de vrede zal hij strijden.

Want gij weet: met welgevallen
zien de ogen van den Heer
op rechtvaardigen ter neer,
hun gebed is wel ter tale.

Houdt Hij niet het oor genegen
tot de stamelende stem
die het amen roept tot Hem?
doch wie kwaad doetstaat Hem tegen,

Maar wie goed doet prijst Hij zalig
midden in hun lijdenstijd,
nu de oogst wordt toebereid;
weest het vlees niet onderdanig.

Want dat volgt de weg ten dode,
daarentegen leeft volop
in de liefde, in de hoop.
Welbeminden, wijdt u Gode!

[p. 78]

Het lied van de broederschap

Evangeliegezang naar Mattheüs 5 vs 20-24.

Wie naar het altaar gaat,
moet kennen goed en kwaad:
het één staat hem te wachten,
het ander laat hij achter.

Wie naar het altaar gaat
en zich verzoenen laat,
moet God en 't goed beminnen;
haat laat den Boze binnen.

Wie naar het altaar gaat,
zie toe dat hij niet haat
en op geen broeder neerziet;
liefde is enkel eerbied.

Wie naar het altaar gaat,
moet offeren het kwaad
en zeggen: zie mijn zonde;
zo wordt het heil gevonden.

Wie naar het altaar gaat,

die volgt het Offerzaad.

Zo staat het in de Boeken,

de rest is God verzoeken.