‘Ik kom naar je toe, direct.’
‘Kalm aan. Ik ga nu Kirsten halen, breng haar naar school...’
‘Papa en zijn dochter.’
‘Breng haar naar school en dan zien wij elkaar over, laten we zeggen, zeventig minuten.’
‘Scala’
‘Ja. Nee, ik heb een beter idee. In de sauna.’
‘Waar is dat?’
‘In de Národnistraat, tussen Scala en Viola.’
De hete damp trok zich aan onze benen op. Zo te zien waren wij de enige saunabaders. Martin lag al uitgestrekt op een bank, toen ik de walmen binnendrong.
‘Wanneer ik in een sauna ben ga ik altijd filosoferen, op mijn manier dan.’
‘En hoe gaat dat dan?’, vroeg ik weinig geïnteresseerd, omdat ik mij nog lang op die vergroting zag wachten.
‘Nou, om je een recent voorbeeld te geven. Voordat jij binnenkwam dacht ik: je hebt een Cape Kennedy, goed. En dan komt het vanzelf, het filosoferen, het nadenken over het leven, met als resultaat: Golgotha is Cape God.’
‘Ja, dat is een vondst. Ik kan me voorstellen dat je aan zulke woordspelletjes plezier beleeft.’
‘Het is meer dan dat, dat moet je toch toegeven.’
‘Ja, natuurlijk. Hoe lang duurt zo'n saunabad.’
‘Je zegt maar wat, je luistert niet eens. Drie uur is een normale tijd. Maar zo lang zullen wij het niet maken. De foto. Die zit je dwars. Nou, bereid je maar op het ergste voor.’
‘Wat is er dan?’
‘Volgens mij laat de vergroting helemaal geen kop van een man