Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
Gedichten (1981)

Informatie terzijde

Titelpagina van Gedichten
Afbeelding van GedichtenToon afbeelding van titelpagina van Gedichten

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (3.08 MB)

ebook (3.43 MB)

XML (1.82 MB)

tekstbestand






Editeurs

Willem Bisschop

Eelco Verwijs



Genre

poëzie

Subgenre

gedichten / dichtbundel


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

Gedichten

(1981)–Willem van Hildegaersberch–rechtenstatus Auteursrechtelijk beschermd

Vorige Volgende

Ga naar margenoot+CVII. Vanden boghe.

 
Ic heb ghedicht in minen tyden
 
Van weelden groot, van menighen lyden,
 
Van ruste ende oec van overmoede,
 
Ende hoe die sotte oftie vroede
5[regelnummer]
Leven moghen thoren baten.
 
Nu willic mijn herte zaten
 
Te dichten vanden boghe reen,
 
Ende op tgheselscap al ghemeen,
 
Die den boghe willen draghen.
10[regelnummer]
Nie en wert tot ghenen daghen
 
Subtijlre vont ter werlt ghevonden,
 
Dat machmen proeven ende oirkonden;
 
Want minne was den eersten graet,
 
Daer nae den coninclijcken staet,
15[regelnummer]
Die mitten boghe wort verworven.
 
Hi was van minnen na ghestorven,
 
Die den eersten boghe brachte,
 
Eert hem quam in sijn ghedachte,
 
Dat hi den boghe maken woude.
20[regelnummer]
Men can volprisen niet in gonde
 
Vanden boghe die weerdicheit;
 
Want als dat schut is toegheleit,
 
Ende die boghe staet ter scote,
 
Soe wijst ons pese entaer toe note,
25[regelnummer]
Slot, tellier ende oec die roede,
 
Eendrachticheit, als ic bevroede;Ga naar margenoot+
 
Want waer dat enich tander loeghe,
 
Tsoude dat schut in sijnre vloghe
 
Doen faelgieren, als ic waen,
30[regelnummer]
Ende verre buten mercke gaen.
 
Dies ghelijc ist mitten luden,
 
Die hem schalkeliken huden,
 
Alsmer gheselscap mede beghint,
 
Ende thants der na contrari vint,
35[regelnummer]
Die moghen tgheselscap seer scoffieren,
 
Datmen in vroechden waent hantieren;
 
Want waermen gheselscap pleghen sal,
 
Daer moet eendrachticheit wesen al,
 
Ghelijc den boghe in sijn accoort,
40[regelnummer]
Daer gheen contrari toe en hoert,
 
Selmen tschut te rechte sturen.
 
Oeck denckent mi die beste muren,
 
Die enighe stede mach beghinnen,
 
Dat si eendrachtich sijn van binnen
45[regelnummer]
Ende malc anders borde draghen.
 
Wat si dan muren ofte haghen,
 
Dat mach dan durich bliven vast
 
Ende wederstaen alsulken last,
 
Die hem lichte wart te swaer,
50[regelnummer]
Wonden si van binnen sijn contraer.
 
Wanttie boghe aldus bediet
 
Eendrachticheit, hoeneer hi schiet,
[pagina 230]
[p. 230]
 
Ga naar margenoot+Soe suldi anden boghe mercken
 
Hoe si horen vyant stercken,
55[regelnummer]
Die hem in contrari vouden;
 
Want dat slot is quaet te houden,
 
Dat van binnen is verraden.Ga naar margenoot+
 
Wildi uwen vyant schaden,
 
Soe laet u vriende u vriende bliven:
60[regelnummer]
Anders en condijs niet bedriven.

margenoot+
H. fol. 121 d. B. fol. 116 b.
margenoot+
H. fol. 121 d.--122 a. B. fol. 116 b. c.
[tekstkritische noot]60 Al e. c.
3 Tusschen. 4 E. merct h. hi. 7 H. s. soe c. 9 V. den d. ende v. 14 D. i. een j. 15 Die. 19 Ons hopen h. i. l. t. l. 28 Bi m. m. H. Mit. 29 Mitter cerden. 30 D. niet e. q. totter o 31 noemen. 32 mogelijc w. e. soude. 34 geleeft. H. beleeft. 35 Al tot nu. H. Al want. 37 thant. 39 D. e. m. die s. 40 Die ontbr. 42 Met w. d. t. staden. 44 wel o. v. 49 betogen. 55 moet. H. mocht. 57 weten. 59 Die G 60 toe levet. 61 bider h. n. 63 noenen. 64 Wanneer. 68 sal.
margenoot+
H. fol. 122 a. B. fol. 116 c.
margenoot+
H. fol. 122 a. B. fol. 116 c.

Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken