Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
Nederlandse gedichten 1614-1625. Deel 2. Apparaat en commentaar (2001)

Informatie terzijde

Titelpagina van Nederlandse gedichten 1614-1625. Deel 2. Apparaat en commentaar
Afbeelding van Nederlandse gedichten 1614-1625. Deel 2. Apparaat en commentaarToon afbeelding van titelpagina van Nederlandse gedichten 1614-1625. Deel 2. Apparaat en commentaar

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (74.35 MB)

Scans (34.76 MB)

ebook (21.79 MB)

XML (3.72 MB)

tekstbestand






Editeur

Ad Leerintveld



Genre

poëzie

Subgenre

studie
gedichten / dichtbundel


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

Nederlandse gedichten 1614-1625. Deel 2. Apparaat en commentaar

(2001)–Constantijn Huygens–rechtenstatus Auteursrechtelijk beschermd

Vorige Volgende

[53] Een gesant

Commentaar

De eerste print die Huygens schrijft, karakteriseert een ambassadeur.

Het gedicht droeg ook eerst de titel ‘Een Ambassadeur’. Waarschijnlijk uit puristische overwegingen veranderde Huygens de titel in de kopij.Ga naar eindnoot1 Of deed hij dat om een al te directe verbinding met de officiële hoogste vertegenwoordigers van de Republiek, die ‘Ambassadeurs’ heten, te voorkomen?

De keuze van juist dit onderwerp komt zonder twijfel voort uit Huygens' eigen ervaring. Niet uit 1618, als SmitGa naar eindnoot2 meent, maar veeleer uit de teleurstellingen die Huygens tijdens zijn derde verblijf in Engeland (van 5 december 1621 - 13 februari 1623), als secrétaire d'ambassade van Van Aerssen, Bas en Tuyl van Serooskerken meemaakte. Dit uitzonderlijk langdurige verblijf aan het hof van Jacobus i liep uit op een fiasco. De gezanten bereikten niets.Ga naar eindnoot3

Ook op het persoonlijke vlak was deze periode voor Huygens teleurstellend. Zelfs met de steun van Van Aerssen en mèt de via hem verkregen ridderlijke waardigheid bleek het niet gemakkelijk een passende betrekking te vinden.

De opzet hem te laten benoemen tot assistent van Noël de Caron, de vaste vertegenwoordiger van de Republiek in Engeland, in de hoop hem te kunnen opvolgen, mislukte. Huygens maakte in deze periode ernstige crises door.

Hij voelde zich te kort gedaan. Tegenover zijn vele mondeling gewaardeerde inspanningen stond geen passende financiële vergoeding, zodat hij nog steeds afhankelijk was van ondersteuning door zijn vader.Ga naar eindnoot4

Tegen deze achtergrond is het, mijns inziens, begrijpelijk dat Huygens een half jaar na terugkomst uit Engeland zich oefenend in het schrijven van

[pagina 512]
[p. 512]

‘Characteres’, juist begint met ‘Een Ambassadeur’. De frustratie klinkt door in regels als 9-12:

Een sprekend Tafereel van die hem heeft gesonden,
En weder t'eener sprong ontlijst, ontlast, ontbonden;
Een heiligh buijtens lands, aensienlick om den rock;
Een meest vergeten t'huijs of half verschimmelt block;

(Een pratende geschilderde representant van degene die hem uitgezonden heeft, die echter wel van het ene moment op het andere ‘uit de lijst gehaald, van zijn opdracht ontlast, van zijn taak ontbonden wordt. Een heilige in het buitenland, om zijn ambtskleding in aanzien; Thuis meestal een vergetene of een half verschimmeld blok (aan het been van zijn opdrachtgevers.)

 

of r. 16-18a:

Een balling die sijn honck liefst weder noijt en saegh;
Een Koning bijder maend; een voll-op Herberg-houder
Daer 's Koninks bors' uijt hangt;

(Een banneling die men op zijn thuisbasis liever nooit meer terugzag; Iemand die steeds voor een maand koning is; iemand die het er in de herberg, waar de koning betaalt, goed van neemt.)

 

Deze print heeft Huygens niet voltooid. In de kopij verschijnen na de laatste regels sterretjes waarmee de auteur deze regels als een fragment laat afdrukken. Het gedicht komt structureel niet verder dan een opeenstapeling van ‘naamwoordelijke delen’ achter de openingswoorden ‘Hij is’. Huygens heeft afgezien van een tweede deel ‘in rustiger beschrijvende of beschouwende trant en een derde afsluitend gedeelte met een conclusie, een gebed, een woord tot de lezer of iets dergelijks’.Ga naar eindnoot5 Ook hieraan zal de persoonlijke ervaring debet zijn.

In de periode dat Huygens bezig is met de kopijvorming van zijn printen, najaar 1624 - voorjaar 1625, sterft Caron. Tot zijn opvolger wordt benoemd de Zeeuw Albert Joachimini.Ga naar eindnoot6 Een glanzende diplomatieke carrière als vertegenwoordiger in Engeland zit er dan voor Huygens niet meer in. Het lijkt mij dan ook niet vreemd dat hij zich in de gegeven situatie afkeert van ‘Een Ambassadeur’ en zich richt op ‘Een Poeet’, zijn volgende print.

Uitgaven

Eymael 1891, p. 10, 61-63; Worp Gedichten ii, p. 1; Kaakebeen 1918 (met annotaties); Van der Heijden, Spectrum 10 (met annotaties).

Literatuur

Smit 1967, p. 17; Strengholt 1982, p. 105 vlgg.

Overlevering

H Autograaf Huygens, ka xla 1623, fol. 29r. Een blad papier van 312 × 197 mm. Op fol. 29v staat [54]. Aan de grondlaag van dit gedicht (H-I) voegde Huygens marginaal een viertal regels toe (H-II). Aanvankelijk zou deze toevoeging na regel 16 hebben moeten komen. Daar haalde Huygens het invoegingsteken echter weg om het te plaatsen na regel 4.

[pagina 513]
[p. 513]

H-Ot In de fase dat Huygens de kopij voor de Otia klaarmaakte, bracht hij in H met lichtere inkt enkele wijzigingen aan. H is kopij geweest. Vingers en formaatsignatuur duiden daarop. De cijfers in de linkerbenedenhoek: het getal 314 met daaronder een streep en onder de streep de verdubbeling ervan: 628, zullen in deze fase zijn genoteerd. De zin van deze getallen ontgaat mij. Zie voor een samenhangende bespreking van de kopij van de ‘printen’ p. 503-511.
Ot Otia 1625, ‘Lib. v Characteres. Dat zijn Printen’, D3r-D3v, p. 29-30.
K1 Koren-bloemen 1658, ‘Derde Boeck. Zede-printen ende Stede-stemmen’, P3r-P3v, p. 125-126.
K2 Koren-bloemen 1672, ‘Derde Boeck. Zede-printen ende Stede-stemmen’, Q3, p. 125.

Datering

Huygens dateerde H: 18a. Augti. 1623.

Varianten



illustratie

  [titel]  
  H-Ia α Een   Ambassadeur
  b β [ ] Ambassadeur.
  H-Ot   [ ] Gesant.

1 H-Ia α Is een   geboren Spie; een buijtens-baet-besorgher;  
  b   [ ] bekende [ ]
  c β Hij [Is een] eerlick [Spie; ]

3 H-I   Eens   Vorsten langsten Arm; een ongeroepen gast,  
  K2   [ ] Vorstens [ ]

4 H-I   Die nochtans   nootelick aen 'thooger ende past;  
  K1   [ ] noodelick [ ]
  [De regels 5-9 voegde Huygens marginaal toe]  

6 (2) H-IIa   Op Tuijn, op muer, op grond van   ijeders naest gelegen;  
  b   [ ] verr' of [ ]
  K1   [ ] ver [ ]

8 (4) H-IIa   Op't sluijmeren gelaeckt, op't slapen noijt   gedoo<d>>ght.
  Ot   [ ] gedooght;

[pagina 514]
[p. 514]


illustratie

9 H-I Bespraeckte schilderij van die hem heeft gesonden,  
  H-Ot Een sprekend Tafereel [ ]

10 H-I En weder t'eener   spronck ontlijst, ontlast, ontbonden;  
  H-Ot [ ] sprong   [   ]
  K1 [   ] ontlijst; [ ]
  K2 [   ] ontlijst, [ ]

11 H-I Een   heijligh buitens lands,   aensienlijck om den rock;  
  H-Ot [ ] heiligh [ ] aensienlick [ ]

12 H-I Een   heel vergeten t'huijs,   en half verschimmelt block;  
  H-Ot [ ] meest [ ] of [ ]

13 H-I Den vreemden meer als mensch, den sijnen   een geraemte;  
  H-Ot [ ] meest [ ]

15 H-I Een Schiltwacht buijtens   dijckx; een Klappermann bij daegh;  
  H-Ot [ ] walls; [ ]

16 H-Ia Een balling die sijn honck liefst   nemmer weder saegh;  
  b [ ] weder noijt en [ ]

17 H-Ia Een   Koninck bijder maend; een voll-op Herberg-houder  
  b [ ] Koning [ ]

18 H-I Daer   's Koninks bors' uijt hangt; een algemeene schouder  
  Ot [ ] 'sKonings [ ]

19 H-I Van all dat Landsman heet; een   machtich Aduocaet,  
  H-Ot [ ] machtigh [ ]

21 H-I Een   schadelijck geweer daer Princen mede steken;  
  H-Ot [ ] schadelick [ ]

22 H-I Min   schadelijck nochtans dewijl sij't laten wreken,  
  H-Ot [ ] schadelick [ ]

24 H-I Dien hij   sijns Buermans neus ten spijte dragen doet.  
  H-Ot [ ] sijn' Weder-buer [ ]
  [ondertekening en datering]  
  H-I Constanter. Hag. | 18a. Augti. 1623.  
  H-Ot <   >  
  H-I [ontbreekt]  
  H-Ot * * *  

eindnoot1
Strengholt 1982, p. 108.
eindnoot2
Smit (1967, p. 17.) heeft Wijngaards (1966, p. 339) onjuist geïnterpreteerd.
eindnoot3
Zie hierover het samenvattend overzicht in Hofman 1983. p. 45-47.
eindnoot4
Zie hiervoor Smit 1980, p. 95-97; Hofman 1983, p. 62-68 en p. 48-52; Groenveld 1988a, p. 6-8.; Groenveld 1988b, p. 59.
eindnoot5
Strengholt 1982, p. 107.
eindnoot6
Hofman 1983, p. 67-68, Groenveld 1988a, p. 8.

Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken