Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
Vrouw-beroep-maatschappij (1969)

Informatie terzijde

Titelpagina van Vrouw-beroep-maatschappij
Afbeelding van Vrouw-beroep-maatschappijToon afbeelding van titelpagina van Vrouw-beroep-maatschappij

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (1.61 MB)

XML (1.38 MB)

tekstbestand






Genre

non-fictie

Subgenre

studie
non-fictie/sociologie


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

Vrouw-beroep-maatschappij

(1969)–H.M. Langeveld–rechtenstatus Auteursrechtelijk beschermd

Analyse van een vertraagde emancipatie


Vorige Volgende
[pagina 327]
[p. 327]

Bijlage II
overgangen binnen het voortgezet onderwijs 1961 - 1966

Gegevens zijn ontleend aan de publikatie van het Centraal Bureau voor de Statistiek, Overgangen binnen het onderwijs en intrede in de maatschappij 1936, 1956 en 1961-1966, ‘Matrix’, 1967, alsmede aan de tabellen uit de matrix die in gelichtdrukte vorm beschikbaar zijn.

vertrek uit het ulo zonder diploma

Iets meer jongens dan meisjes vertrekken uit het eerste leerjaar van het ulo. Deze jongens gaan voornamelijk naar het lbo. Slechts een klein deel van de jongens ontvangt geen verder geregistreerd onderwijs tegen een derde deel van de meisjes. Hoewel het percentage bij de meisjes evenals bij de jongens sinds 1961 aanzienlijk is gedaald, verloopt de daling bij de meisjes toch in een langzamer tempo. Van de jongens die uit leerjaar 2 en hoger zonder diploma vertrekken, ontvangt 46% geen verder geregistreerd onderwijs meer. De anderen gaan vrijwel allen over naar het beroepsonderwijs (bo), zowel dag- als avondopleidingen. Van de meisjes ontvangt 73% geen verder geregistreerd onderwijs, de overigen gaan ook hoofdzakelijk naar het bo. Dit zijn cijfers over 1966, maar de toestand is al vanaf 1961 hetzelfde.

vertrek uit het vhmo zonder diploma

Van de jongens die uit leerjaar 1-3 het vhmo verlaten, krijgt ongeveer 11% geen verder geregistreerd onderwijs, van de meisjes ongeveer 20% (1966). Vergeleken bij 1961 is bij de meisjes een sterkere daling opgetreden dan bij de jongens, zodat het erop lijkt of de meisjes de jongens gaan inhalen. Van de jongens en meisjes die uit leerjaar 4 en hoger het vhmo verlaten, ontvangt het overgrote deel (bijna 90%) geen verder geregi-

[pagina 328]
[p. 328]

streerd onderwijs. In 1961 was dit percentage zelfs iets lager. Van de jongens die wel verder leren, gaat de helft naar de dagopleidingen van het hbo en het mbo. Van de meisjes gaat de helft naar de dagopleidingen van het mbo.

vertrek uit het ulo met diploma

Tweemaal zoveel meisjes als jongens die het ulo met het a-diploma verlaten, volgen geen verder geregistreerd onderwijs (resp. 46% en 23%). Beziet men de jaren 1961-1966 dan is de neergaande lijn bij jongens veel steiler dan bij meisjes. De meisjes die wel verder leren, gaan voor hét overgrote deel naar de dagopleidingen van het mbo en de opleidingen voor leerkrachten, die zich in een stijgende belangstelling hunnerzijds mogen verheugen. De toch al veel geringere belangstelling voor de avondopleidingen van het mbo is sinds 1961 gedaald. De jongens die verder leren, gaan veel naar het vhmo, de kweekschool, de dag- en avondopleidingen van het mbo. Hier gaat een toenemende belangstelling voor de dagopleidingen niet gepaard met een afnemende belangstelling voor de avondopleidingen.

 

De jongens die het ulo met het b-diploma verlaten, gaan bijna allemaal verder studeren, de meisjes voor 80% (geregistreerd onderwijs). Bij de jongens is dit al langer het geval, bij de meisjes is vanaf 1961 een duidelijke stijging opgetreden. De jongens gaan in grote getale naar de dagopleidingen van het hbo, voorts naar de dagopleidingen van het mbo, het vhmo en de kweekschool. De belangstelling voor het mbo en het vhmo is over zes jaar gezien toegenomen. De meisjes gaan naar de opleidingen voor leerkrachten, waarvoor de belangstelling overigens is gedaald, en naar het vhmo, waarvoor de belangstelling zeer is toegenomen. Voorts naar de dag- en avondopleidingen van het hbo, die zich in een van 1965 op 1966 plotseling sterk gestegen belangstelling mogen verheugen.

vertrek uit het vhmo met diploma

Na de mms ontvangt 60% der gediplomeerden geen verder geregistreerd onderwijs. De overigen gaan grotendeels naar de kweekschool, minder

[pagina 329]
[p. 329]

naar het hbo (waarvoor de belangstelling echter toeneemt) en voor 8% naar het mbo.

Voor het vertrek uit dit schooltype is vergelijking mogelijk met de resultaten van een onderzoek, dat werd ingesteld bij een steekproef uit de abituriënten der jaren 1956-1960 (Verslag van het onderzoek naar de bestemmingen van meisjes met het diploma m.m.s., ingesteld door de Veren. van Directrices en Directeuren van Scholen voor m. en v.h.o. in de jaren 1962-1963). Van de 493 geënquêteerden hadden er 474 een opleiding gevolgd na hun eindexamen. Schift men de opleidingen eruit die door het C.B.S. niet geregistreerd worden, dan wijkt het percentage dat verder onderwijs ontving veel minder af van het door het C.B.S. gegeven percentage. Bovendien zitten ha deze groep personen, die geruime tijd nadat zij de school hadden verlaten een beroepsopleiding hebben geëntameerd. En tenslotte deed de bestudering van het enquêteverslag de vraag rijzen in hoeverre het opleidingsbeeld van de groep geflatteerd was. Er was een lijst opgenomen van de door de respondenten uitgeoefende beroepen. De helft tot een derde van deze beroepen vereisen zeker geen formele opleiding voor iemand van mms-niveau (ook al zullen de werkzaamheden natuurlijk geleerd moeten worden, hetzij al doende, hetzij in een door het bedrijf gegeven opleiding) ofwel kenden in die periode geen officiële opleiding (bijv. de journalistiek). De vergelijking kan dus niet tot resultaten leiden ten aanzien van de omvang van de groep die wel verder, maar niet door het C.B.S. geregistreerd onderwijs ontvangt.

 

De hbs-a is volgens het C.B.S. voor ongeveer de helft van de jongens en de meisjes eindopleiding. Bij de meisjes is het percentage in zes jaar nauwelijks veranderd, bij de jongens lijkt het iets te dalen. Verhoudingsgewijs veel minder meisjes (15%) dan jongens (38%) gaan naar het wetenschappelijk onderwijs (wo), hoewel bij beide categorieën over zes jaar een stijging valt waar te nemen. Opvallend is dat van de meisjes 8% naar het mbo gaat. -

De hbs-b is voor 30% van de meisjes en voor 11% van de jongens eindonderwijs volgens de maatstaven van het C.B.S. Vanaf 1961 schommelt het percentage bij beide seksen nogal sterk, een duidelijke trend is er niet. De jongens gaan voor 65% universitair studeren, de meisjes voor 42%. Geen duidelijke trend. 5% van de meisjes gaat nog naar het mbo.

 

Het bezit van een diploma gymnasium-a is voor ruim 90% van de jongens

[pagina 330]
[p. 330]

en voor ruim 70% van de meisjes een reden om over te gaan naar Het wo. 14% van de meisjes ontvangt geen verder geregistreerd onderwijs, maar bij de jongens is er vrijwel niemand die het onderwijs vaarwel zegt. - De meisjes die een gymnasium-b diploma hebben, benaderen de jongens het meest in de aantallen die universitair verder studeren, (circa 80%). Dit percentage wordt in 1964 bereikt. De jongens gaan voor ruim 90% verder naar het wo.


Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken