Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
Merlijn, de tovenaar van koning Arthur (2004)

Informatie terzijde

Titelpagina van Merlijn, de tovenaar van koning Arthur
Afbeelding van Merlijn, de tovenaar van koning ArthurToon afbeelding van titelpagina van Merlijn, de tovenaar van koning Arthur

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (1.11 MB)

Scans (13.43 MB)

ebook (2.98 MB)

XML (0.42 MB)

tekstbestand






Editeur

Frank Brandsma



Genre

poëzie

Subgenre

ridderroman


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

Merlijn, de tovenaar van koning Arthur

(2004)–Jacob van Maerlant, Lodewijk van Velthem–rechtenstatus Auteursrechtelijk beschermd

Vorige Volgende

Over koning Artur en over hoe Merlijn zo werd opgesloten dat hij nooit meer kon ontsnappen [LXXXII]

Koning Artur brengt een bezoek aan Bonewijc om de gevangengenomen Romeinen door te zenden naar Rome, als hem het bericht bereikt dat koning Leodegan is overleden. Hijgaat terug naar Logres om de koningin te troosten. Merlijn maakt zich op om naar Blasius te vertrekken.

[35205] De koning vroeg hem snel weer terug te komen en de koningin vroeg hem hetzelfde. Zij zei dat zij hem nodig hadden: ‘U hebt, samen met God, de koning tot koning gemaakt.’ Daarna sprak Artur tegen Merlijn: ‘Goede vriend, u wilt nu gaan en ik kan u niet tegenhouden tegen uw wil. Maar u moet wel weten dat ik ongerust zal zijn totdat u weer terugkomt, Merlijn.’ ‘Heer,’ antwoordde Merlijn, ‘na vandaag zult u mij nooit meer zien.’ ‘Wat, beste Merlijn, wat zegt u nu? Hoe kunt

[pagina 179]
[p. 179]

u zo afscheid van mij nemen?’ ‘Dat moet gebeuren,’ zei hij, ‘het is onzeker of ik terug zal keren.’ Dit verdroot de koning zeer. [35224]

Merlijn reed diepbedroefd en huilend naar Blasius toe, die hem hartelijk ontving. Vervolgens vertelde hij Blasius zo volledig mogelijk wat er gebeurd was met koning Artur en de baronnen. Via Blasius weten wij dat allemaal. Toen hij daar acht dagen was geweest, nam hij weer afscheid van Blasius. Hij zei tegen hem dat hij hem nooit meer zou zien, omdat hij voortaan bij zijn geliefde zou blijven en nooit meer van haar zou kunnen scheiden of in staat zou zijn zich van haar af te wenden. Blasius huilde hevig en zei: ‘Als het er zo voorstaat, smeek ik u daar niet heen te gaan, maar bij de koning te blijven.’ ‘Dat kan niet,’ zei Merlijn. ‘De liefde die ik in mijn hart draag, zal het mij onmogelijk maken haar te verlaten.’ [35247]

Daarna vertrok hij van Blasius en kwam hij bij zijn geliefde, die hem hartelijk verwelkomde. Hij bleef lang bij haar. Steeds vroeg zij hem naar zijn toverkunst en zijn magie. Hij leerde haar zoveel daarvan, dat men hem later voor een dwaas hield, net zoals iedere man die zoiets doet, zo helpe mij God! Zij schreef het allemaal op en toen hij haar alles had onderwezen wat zij hem vroeg, probeerde zij te bedenken hoe zij hem voor altijd in haar macht kon krijgen. Zij drong zeer bij hem aan: ‘Er ontbreekt mij nog maar één ding, dat ik graag van u zou willen leren, allerliefste. U moet mij uitleggen hoe ik een man zou kunnen opsluiten zonder toren of muren, zonder ijzerwerk of enigerlei houtwerk, zodat hij die gevangenis nooit zou kunnen verlaten zonder mijn hulp.’ Merlijn boog zijn hoofd en zuchtte diep. Zij vroeg: ‘Waarom zucht u, heer?’ ‘Ach, jonkvrouw, ik zal het u vertellen: u wilt mij opsluiten en ik ben zo verliefd op u dat ik alles moet doen wat u wilt.’ [35279]

Zij nam hem liefdevol in haar armen: ‘Zeker, u bent terecht verliefd op mij, want ik ben geheel de uwe en heb mijn moeder en vader verlaten om helemaal bij u te kunnen zijn. Dag en

[pagina 180]
[p. 180]

nacht denk ik aan de liefde die ik nergens anders kan vinden dan bij u. Ik kan ook geen vreugde ervaren als u mij niet blij maakt. Omdat ik de uwe ben en u de mijne is het goed dat ik doe wat u wilt en u wat ik wil, altijd en overal.’ ‘Bij God,’ zei Merlijn, ‘u hebt helemaal gelijk! Vertel mij wat u wilt.’ ‘Dat zal ik doen,’ antwoordde zij. ‘Ik wil dat u mij een mooie plaats leert maken, waarin ik met magische kunsten een man zou kunnen opsluiten en wel zo dat niemand bij hem kan komen en dat hij ook nooit kan ontsnappen. Daar zouden wij samen in verblijven zolang als u wilt.’ ‘Jonkvrouw, dat laat ik mij niet ontgaan, ik zal zo'n plaats maken.’ ‘Nee, heer,’ wierp zij tegen, ‘ik wil dat u het mij leert, zodat ik het zelf kan.’ Hij leerde het haar en zij schreef het allemaal op. Toen zij alles genoteerd had, was zij daarmee zeer in haar schik. Zij was dan ook heel aardig voor hem. [35312]

Niet lang daarna vermaakten zij zich in het woud van Broceliande. Zij kwamen bij een mooie haag van haagdoorns. Samen gingen zij in de schaduw van de struiken zitten. Merlijn legde zijn hoofd in haar schoot en zij begon hem te strelen zodat hij in slaap viel. Zij stond op en ontglipte hem, pakte haar sluier en liep om die plaats heen. Zij maakte een cirkel om Merlijn heen en begon in praktijk te brengen wat hij haar geleerd had: zij maakte haar tekens daar negenmaal en ging in de rondte. Daarna ging zij weer zitten en legde zijn hoofd in haar schoot. Dit deed zij allemaal stiekem. Hij schrok wakker en meende dat hij vastzat in de stevigste toren ter aarde, bovenop een ontoegankelijke rots. Merlijn zei tegen haar: ‘U heeft mij bedrogen, mooie jonkvrouw, omdat u niet altijd bij mij wilt zijn wanneer ik naar u verlang, niemand anders dan u kan deze toverij ongedaan maken.’ Zij antwoordde: ‘Liefste, ik zal vaak genoeg naar u toe komen en dan zult u mij in uw armen nemen en uw begeerte bevredigen.’ Maar Merlijn verliet de plaats waar zijn geliefde hem opsloot nooit meer, noch kon er iemand bij hem komen, terwijl zij erin en eruit ging, wanneer zij maar wilde. Zo heeft zij hem in haar gevangenis opgesloten. [35353]

[pagina 181]
[p. 181]

Hier zwijgt het verhaal over Merlijn om over koning Artur te spreken. [35356]


Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken

Over het gehele werk

landen

  • Groot-Brittannië (en Noord-Ierland)

  • Frankrijk

  • Italië