Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
Met en zonder lauwerkrans. Schrijvende vrouwen uit de vroegmoderne tijd 1550-1850: van Anna Bijns tot Elise van Calcar (1997)

Informatie terzijde

Titelpagina van Met en zonder lauwerkrans. Schrijvende vrouwen uit de vroegmoderne tijd 1550-1850: van Anna Bijns tot Elise van Calcar
Afbeelding van Met en zonder lauwerkrans. Schrijvende vrouwen uit de vroegmoderne tijd 1550-1850: van Anna Bijns tot Elise van CalcarToon afbeelding van titelpagina van Met en zonder lauwerkrans. Schrijvende vrouwen uit de vroegmoderne tijd 1550-1850: van Anna Bijns tot Elise van Calcar

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (34.03 MB)

Scans (73.16 MB)

ebook (21.27 MB)

XML (2.58 MB)

tekstbestand






Genre

proza
poëzie
sec - letterkunde

Subgenre

bloemlezing
non-fictie/naslagwerken (alg.)


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

Met en zonder lauwerkrans. Schrijvende vrouwen uit de vroegmoderne tijd 1550-1850: van Anna Bijns tot Elise van Calcar

(1997)–Piet Couttenier, Lia van Gemert, Karel Porteman, M.A. Schenkeveld-van der Dussen–rechtenstatus Auteursrechtelijk beschermd

Vorige Volgende
[pagina 184]
[p. 184]

‘Door den lijdenden weg geleid’
Mechteldis van Lom
(Venlo, 1600 - Venlo, 29 november 1653)

Mechteldis van Lom werd geboren in een familie van gegoede Venlose burgers. Vader Hubert (1570-1622), wiens tweede kind zij was, vervulde in haar geboortestad gedurende enkele jaren de functie van schepen. Als zodanig legde hij in 1617 de eerste steen voor de nieuwe kerk van het klooster Transcedron, dat zijn dochter Mechteldis enkele jaren later als verblijsplaats zou kiezen. Moeder Elisabeth van Vogelsanck (ca. 1570 - na 22 november 1640) was, evenals de familie Van Lom, geparenteerd aan het geslacht Puteanus, dat in de persoon van de humanist Erycius Puteanus (1574-1646) grote faam verwierf.

Kort nadat Mechteldis, in haar twintigste levensjaar, tot de orde der Annunciaten was toegetreden, viel zij ten prooi aan hevige lichamelijke pijnen die haar tot haar dood in 1653 onafgebroken zouden kwellen. Niettemin droeg zij haar lijden op bovenmenselijk moedige wijze, reden waarom de Franciscaan Matthias Croonenborch, rond het jaar 1640 biechtvader van de Venlose Annunciaten, in zijn hagiografie van Mechteldis' medezuster Agnes Maria Huyn van Amstenraedt (1614-1641) speciale aandacht aan Mechteldis schonk. Hij wijdde tevens enkele woorden aan haar dichterlijke voortbrengselen, die volgens hem bovennatuurlijk geïnspireerd waren: ‘Zeer schoon zijn ook de exclamatien, die zij tot God, ende het Hoog-weerdig H. Sacrament gemaakt heeft, met veel Geestelijke Liedekens van het innig leven, die bijzonder troostelijk zijn voor zieltjens die van God door den lijdenden weg geleid worden, die zij met zulke lichtigheid gedicht, ende gemaakt heeft, dat zij genen arbeid daartoe en scheen te doen, als alleen de penne te roeren, in de zelve te schrijven.’ (Croonenborch 1673, p. 233).



illustratie
33 Begin van het handschrift waarin de liederen van Mechteldis van Lom zijn overgeleverd


Kenmerkend voor het spirituele leven van de Annunciaten is de liefde voor de Maagd Maria, die hen in alle opzichten tot richtsnoer dient in hun streng van de buitenwereld afgesloten meditatief bestaan. Daarbij is men zich ervan bewust dat dit ideale voorbeeld door eigen onwaardigheid nimmer geëvenaard kan worden, hetgeen gemakkelijk voert tot zwaarmoedigheid. Niettemin overwint de blijde zekerheid uiteindelijk toch gered te zullen worden. Ook in het tweeënveertig gedichten omvattende oeuvre van Mechteldis van Lom - na haar dood opgetekend in een door een van haar medezusters, waarschijnlijk Elisabeth van Lomo, gemaakt handschrift - neemt Maria een centrale plaats in. De geestelijke en lichamelijke pijn die zij als

[pagina 185]
[p. 185]

Annunciate ervoer, heeft zij in haar gedichten door persoonlijk lijden wellicht beter kunnen verwoorden dan enig andere medezuster. Daarbij kan Mechteldis niet verweten worden te willen zwelgen in haar eigen pijn, want in dit opzicht stond haar vooral matigheid voor ogen. Niettemin trok zij zich steeds verder terug uit de kloostergemeenschap om in een mystieke opgang tot de Bruidegom haar eigen heil te vinden. In dit opzicht lijkt haar lyriek beïnvloed door werk van voorgangers, met name door de Evangelische Peerle, vóór 1535 geschreven door een niet nader bekende religieuze, Reinalde van Eymeren (1463-1540), alsmede door werk van de Limburgse mysticus Pelgrum Pullen (ca. 1520-1608).

De liederen van Mechteldis van Lom zijn door de afschrijfster in een viertal categorieën ingedeeld: (1) ‘om te zingen op verscheiden tijden des jaars’; (2) ‘tot zonderlingen [bijzondere] troost voor die in lijden ende strijd zijn’; (3) ‘van verlangen, liefde, vereninge en lovinge Gods’; (4) ‘van de H. Moeder Gods’.

Liedeken ter eren het H. Maagdeken Ludowina

De tragische geschiedenis van Liedewij van Schiedam (1380-1433), die op veertienjarige leeftijd bij het schaatsen zo ernstig gewond raakte, dat zij de rest van haar leven het bed moest houden en aan ondraaglijke pijnen werd onderworpen, inspireerde Mechteldis van Lom, zelf jarenlang door ziekte gekweld, tot het volgende lied.

Liedeken ter eren het H. Maagdeken Ludowina

Men kan 't zingen op de vozeGa naar voetnoot*:
't Was een fraai rijk borgers kind
 
Daar was een maged zuiverlijk
 
Binnen Schiedam woonachtig,
 
Den Heer heeft haar zeer wonderlijk
 
Getrokken tot hem krachtig.
5[regelnummer]
't KoordekenGa naar voetnoot5 was veel lijden
 
Daar zij mee kwam t'ontvlieden
 
's Werelds geneugt',
 
Verkoos de deugd
 
Die haar brocht tot de vreugd'.
 
Ziel
10[regelnummer]
O maged, ik zien u vol pijn,
 
Vol ziekten ende zere.
 
En gij, zalige Ludowijn,
 
Roept al om meer en mere.
 
Zegt mij, hoe mag 't geschieden
15[regelnummer]
Dat gij in uw groot lijden
 
Maakt een jolijt
 
Met groot verblijd,
 
Blij van wezen altijd.
 
Ludowijna
 
O ziel, dit is Gods goedheid groot.
20[regelnummer]
Wie hij verkiest tot lijden
 
Geeft Hij ook zijne gratie zoet:
[pagina 186]
[p. 186]
 
Dat lijden wordt verblijden.
 
Hij weet het zo te wagenGa naar voetnoot23
 
Dat Hij in d' ene schale
25[regelnummer]
Leit meerder vreugd
 
Dan 't lijden weegt.
 
Dit maakt de ziel verheugd.
 
Ziel
 
Dit en gevoel ik niet voorwaar
 
Dat lijden maakt verblijden,
30[regelnummer]
Want mijn kruisken valt mij zo zwaar.
 
Kost ikGa naar voetnoot31, ik wierp 't bezijden.
 
Den geest wil het wel dragen
 
Maar de natuur komt klagen.
 
Zou ik in 't zeurGa naar voetnoot34
35[regelnummer]
Mijn jonge fleur
 
Verslijten met douleurGa naar voetnoot36?
 
Ludowijne
 
O wilt ge enen zoeten troost
 
In al uw pijnen smaken,
 
En niet wensen te zijn verloostGa naar voetnoot39
40[regelnummer]
Maar nog naar meerder haken,
 
Zo wilt u heellijk voegen
 
Naar Gods wil en genoegen.
 
Geeft uw gemoed
 
Tot lijden groot,
45[regelnummer]
Dan zal 't u worden zoet.
 
Ziel
 
Naar mijn vermogen en klein kracht
 
Maak ik zeer dikGa naar voetnoot47 't voornemen
 
Om gern te lijden dag en nacht
 
Uit ware liefd' en minne,
50[regelnummer]
Maar kan nog niet geraken
 
Tot zijne zoete smaken.
 
Ik moet ingaan,
 
Vallend opstaan
 
Door deze lijdens baan.
 
Ludowijne
55[regelnummer]
Den keilijkGa naar voetnoot55 heeft mij eerst ook zeur
 
Bitter geweest om drinken.
 
Maar als ik mij poerdenGa naar voetnoot57 daardoor
 
Jezus lijden t' gedenken
 
Doen kwam met zijnen douwe
60[regelnummer]
Jesus mijn hert besproeien.
[pagina 187]
[p. 187]
 
Door dezen wijn
 
En medicijn
 
Is heel verzoet mijn pijn.
 
Ziel
 
O maged, wil mij leren zoet
65[regelnummer]
Hoe ik deez' medicijne
 
Zal gebruiken in tegenspoed
 
Om t' verzoeten mijn pijne.
 
Den geest die zoekt het lijden
 
Maar 't lichaam wil dat vliedenGa naar voetnoot69.
70[regelnummer]
Door dezen strijd
 
Word ik subijt
 
Verflauwd tot aller tijd.
 
Ludowijne
 
Maakt uwe resolutie sterk
 
Om liefd' met liefd' te lonen
75[regelnummer]
En deze liefde stelt te werk.
 
Als gij voelt ongewone
 
Pijn, wee en tribuleren,
 
Zegt: om de liefd' mijns Heren
 
Die g'leden veel
80[regelnummer]
Heeft voor mijn ziel
 
Wil ik ook lijden veel.
 
Ziel
 
Och, wanneer kom ik tot dien graad
 
Dat ik naar 't lijden hake,
 
Krachtig begere metterdaad
85[regelnummer]
In 't zeur het zoet mocht smaken,
 
Verblijen t' allen tijen
 
In kruis, pijn, wee en lijen.
 
Den wille mijn
 
Mocht Jesus zijnGa naar voetnoot89
90[regelnummer]
En Jesus' wille mijn.
 
Ludowijne
 
Neemt voor ene gelijkenis
 
Dat gij geboeid, gebonden
 
Bent als in 't zoet gevankenis
 
Van Jesus' wil en wonden.
95[regelnummer]
Wilt aan Jesus verheven
 
Uw wil voor sluitelGa naar voetnoot96 geven.
 
En wilt niet meer
 
Verlost zijn zeer
 
Dan als 't belieft den Heer.
[pagina 188]
[p. 188]
 
Ludowijne
100[regelnummer]
Dan zo zult ge gevoelen teer
 
In uw hert groot verblijden,
 
Met een verlangen, meer en meer,
 
Naar kruiskens pijn en lijden
 
En zult uw pijn certeine
105[regelnummer]
Achten weinig en kleine
 
Ten opzicht goed
 
Van Jesus' bloed,
 
Wonden, kruis, pijn en dood.
 
Ludowijne
 
Hij zal u schenken overvloed,
110[regelnummer]
Zijn zoete consolatieGa naar voetnoot110.
 
De brokskens van zijn tafel zoet
 
U geven voor colatieGa naar voetnoot112.
 
Och hadde mijnen Here
 
Mij, zijn hondeken tere,
115[regelnummer]
Die niet gebracht
 
Dag ende nacht,
 
Mijn ziele waar versmacht.
 
Ziel
 
Ik bidde u, o maged zoet,
 
Wilt mij toch nu verwerven
120[regelnummer]
Door Jesus en Maria goed,
 
Uw deugden tot mijn erve:
 
PatiëntieGa naar voetnoot122 in 't lijden,
 
Sterkheid in veel strijden,
 
Grote begeert',
125[regelnummer]
't Lijden op eerdGa naar voetnoot125
 
Uit pure liefde weerd.
 
Ludowijne
 
Maakt een couragie ende moed,
 
Wilt het lijden omhelzen.
 
Jesus uwen bruidegom zoet
130[regelnummer]
Zal 't u zeer wel vergelden.
 
Hij laat zich niet verwinnenGa naar voetnoot131
 
Van die hem hier beminnen.
 
Lijdt dan, o ziel,
 
Betrouwt geheel
135[regelnummer]
Op zijn beloften veel.
[pagina 189]
[p. 189]
Bron
N. Wijngaards (ed.), Liederen van Mechteldis van Lom en andere Annuntiaten, voorafgegaan door de Transcedronkroniek van Barbara de Put. Zwolle 1957. p. 242-246.

Literatuur
Matthias Croonenborch, Het Ryck-deughdigh leven van de Hoogh-Edele Gheboren Maghet Suster Agnes Maria Huyn van Amstenraedt. Brussel 1673. (UBN 709 c 144)
J.J.M.H. Verzijl, ‘Van Lom - De Lom de Berg’. In: Jaarboek van het Centraal Bureau voor Genealogie 15 (1961), p. 223-236.
N.C.H. Wijngaards, Mechteldis van Lom, 1600-1653. Dichteres en Annuntiate van Venlo. Zwolle 1957.
WH
voetnoot*
melodie
voetnoot5
koordje (om te trekken)
voetnoot23
wagen
voetnoot31
kon ik
voetnoot34
zuur
voetnoot36
smart
voetnoot39
verlost
voetnoot47
dikwijls
voetnoot55
kelk
voetnoot57
aanzette
voetnoot69
ontvluchten
voetnoot89
die van Jezus zijn
voetnoot96
sleutel (om de gevangenis weer te openen)
voetnoot110
troost
voetnoot112
voedsel. Cf. Matt. 15:26-27
voetnoot122
geduld
voetnoot125
aarde
voetnoot131
overtreffen (in liefdebetoon)

Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken

Over dit hoofdstuk/artikel

titels

  • Liederen van Mechtildis van Lom en andere annuntiaten, voorafgegaan door de Transcedron-kroniek van Barbara de Put


auteurs

  • W.N.M. Hüsken

  • over Mechteldis van Lom