Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
Nederlandsche spreekwoorden, spreekwijzen, uitdrukkingen en gezegden (1923-1925)

Informatie terzijde

Titelpagina van Nederlandsche spreekwoorden, spreekwijzen, uitdrukkingen en gezegden
Afbeelding van Nederlandsche spreekwoorden, spreekwijzen, uitdrukkingen en gezegdenToon afbeelding van titelpagina van Nederlandsche spreekwoorden, spreekwijzen, uitdrukkingen en gezegden

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (8.98 MB)

ebook (6.37 MB)

XML (5.27 MB)

tekstbestand






Genre

sec - taalkunde

Subgenre

non-fictie/naslagwerken (alg.)
woordenboek / lexicon


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

Nederlandsche spreekwoorden, spreekwijzen, uitdrukkingen en gezegden

(1923-1925)–F.A. Stoett–rechtenstatus Auteursrecht onbekend

Vorige Volgende

1677. Ongezouten,

voorkomend in de uitdrukking iemand ongezouten iets zeggen, d.i. uiterst openhartig, zonder zich aan de eischen der wellevendheid te storen. Eig. zijne gevoelens niet cum grano salis uiten, zoodat het minder aangename niet door eene aardige wending wordt verzacht (vgl. het fr. la vérité demande un peu de sel, en Erasmus, Lof der Sotheid, 9 (anno 1646): Met boerden ende ghesouten woorden). Dit woord vinden we als bijwoord bij Winschooten, 272; Hooft, Ned. Hist. 366; Brieven, 473; Lichte Wigger, 13 r; Tuinman I, 11; enz. Zie no. 1249; het Ndl. Wdb. X, 1688; Schuermans, Bijv. 216 en vgl. het synonieme ongewasschen, dat Kiliaen reeds vermeldt: Ongewasschen wt-seggen, parum pudice eloqui, rudi sermone effari; illotis pedibus et verbis reprehendere aliquem; illoto sermone utiGa naar voetnoot1). Ook in Zuid-Nederland is ongewasschen in dezen zin bekend (Schuermans, Bijv. 216 a); fri.: immen ongewosken de wier heit sizze.

voetnoot1)
Vgl. Otto, 274-275; 211: Illotis manibus, met ongewasschen, onreine, ongewijde, en vandaar ruwe, plompe handen; op ruwe wijze; Harreb. III, 80.

Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken