Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
Nederlandse gedichten 1614-1625. Deel 2. Apparaat en commentaar (2001)

Informatie terzijde

Titelpagina van Nederlandse gedichten 1614-1625. Deel 2. Apparaat en commentaar
Afbeelding van Nederlandse gedichten 1614-1625. Deel 2. Apparaat en commentaarToon afbeelding van titelpagina van Nederlandse gedichten 1614-1625. Deel 2. Apparaat en commentaar

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (74.35 MB)

Scans (34.76 MB)

ebook (21.79 MB)

XML (3.72 MB)

tekstbestand






Editeur

Ad Leerintveld



Genre

poëzie

Subgenre

studie
gedichten / dichtbundel


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

Nederlandse gedichten 1614-1625. Deel 2. Apparaat en commentaar

(2001)–Constantijn Huygens–rechtenstatus Auteursrechtelijk beschermd

Vorige Volgende
[pagina 576]
[p. 576]

[70] Een matroos

Commentaar

Opvallend aan de print ‘Een Matroos’ is, dat Huygens na het binnen deze reeks traditionele begin van zo'n tien regels vol kwalifikaties, van een matroos overgaat op een bevelvoerend officier om het gedicht met regel 47 een godsdienstige wending te geven.

De dichter laat de eenvoudige matroos op een oorlogsschip carrière maken.

Langs de ‘distelen, die in het Zee-sopp groeijen’ (de doorstane gevechten, r. 15) klimt hij op tot stuurman (‘Naeld en Roers beleid’ r. 18). Dan voorspelt hem de Eer in een droom dat hij is ‘geresen Om hooger op te sien’ (r. 21-22). Hij wordt namelijk opperbevelhebber als ‘'s Hemels hooger hand scheeps hooge hooft’ (r. 23) komt te vellen.

Als hoogste machthebber bestrijdt hij ieder die het op zijn drijvende republiek gemunt heeft. Hij kent geen vrees en als hij wordt aangevallen door een driedubbele overmacht, blaast hij liever zichzelf op met zijn maats dan in gevangenschap te gaan. ‘Behalve met rijke buit en zonder verliezen naar huis te gaan om als overwinnaars gekroond te worden, is het ook eervol sneuvelend de vijand te verslaan’, houdt hij in de regels 45 en 46 zijn matrozen voor.

Een dergelijk zelfmoordcommando wijst Huygens in het vervolg van het gedicht ten zeerste af. Zo'n dapperheid is een bedenksel van de duivel. Alleen aan God behoort het recht toe ziel van lichaam te scheiden. De dichter roept de christen-zeelieden op standvastig te blijven (r. 54) en op God te vertrouwen (r. 61). Het is laf uit angst voor gevangenschap de dood te kiezen. Het is ‘zonneklaar’ (r. 69) zegt hij de ‘Hollander’: Christus (de ‘Waarheid’) heeft zelf gezegd: ‘Ghij sult geen doot-slagh doen’ (r. 70).

Voor dapperheid is dan toch nog wel ruimte, namelijk voor degene die de dood rustig durft af te wachten. Wie op de dood kan wachten, gaat hem al genoeg tegemoet. Niemand moet de dood minachten, behalve wie hem moet ondergaan; op het laatst is daar nog tijd genoeg voor. Maar bedenk wel, de dood komt u thuis opzoeken, of niet, en als hij niet komt, is doorleven het beste voor u.

Uitgaven

Eijmael 1891, p. 20-22 (met ‘Aanteekeningen p. 79-83); Worp Gedichten ii, p. 22-24; Van der Heijden, Spectrum 10, p. 235-238 (met annotaties).

Translitteratie

17 Gebiedens De gevlekte eerste letter van dit woord schreef Huygens in H-Ot opnieuw.
25-27 In H-Ot voegde Huygens anderhalve regel toe. Aanvankelijk ingepast in het midden van regel 25, werd het invoegingsteken verplaatst naar het midden van regel 26.
42 kruijd-tonn Na door het woord *bodem* de k en r heengeschreven te hebben, noteerde Huygens zijn nieuwe keuze (kruijd-tonn) voor de duidelijkheid boven de regel.

[pagina 577]
[p. 577]

531 Verlaten De gevlekte a herhaalde Huygens boven het woord.
70 In de marge schreef Huygens in de H-Ot fase hier iets dat hij meteen weer doorhaalde. Schreef hij: Kap. (Een zetinstructie voor woorden uit r. 70)?

Overlevering

H Autograaf Huygens, ka xla, 1623. Een dubbelblad papier van 312 × 187 mm. In de strikt chronologische orde waarin de handschriften zijn gefolieerd, draagt het de nummers 46 en 50. In dit dubbelblad liggen de folia 47 en 48-49: de inhoudsopgave en een dubbelblad met de tekst van gedicht [71].
Fol. 46r bevat de regels 1-30, fol. 46v de regels 31-58 en fol. 50r de regels 59-74.
H-Ot H is kopij geweest voor de Otia. Het potloodcijfer naast de titel, formaatsignaturen, vingers en de instructie: in casijf boven het woord Republijck in regel 28 duiden daarop. Zie voor een samenvattende bespreking van de gehele kopij der ‘printen’ de p. 503-511.
Ot Otia 1625, ‘Lib. v. Characteres. Dat zijn Printen’, F2r-F3r, p. 43-45.
Ot-e Errata achter in Ot.
K1 Koren-bloemen 1658, ‘Derde Boeck. Zede-printen Ende Stede-stemmen’, R2r-R3r, p. 131-133. (foutief gepagineerd: 139-141).
K2 Koren-bloemen 1672, ‘Derde Boeck. Zede-printen Ende Stede-stemmen’, [R4]r-Sr, p. 135-137.

Datering

H is gedateerd: 20.a 8bris. 1623. (= 20 oktober 1623).

Varianten



illustratie

1 H Hij is   een Waterkatt; een Dansser naerden   aert  
  H-Ot [   ] aerd,  
  Ot [ ] een' [   ]

2 H Die drijuende beweeght; een   Wiegling met   een   baert;  
  H-Ot [   ] baerd;  
  Ot [   ] een'   [ ]
  K1 [ ] wieg'ling [   ]

3 H Een   Mensch-geuallen Visch; een tarter van geuaren;  
  Ot [ ] Mensch gevallen [ ]
  K1 [ ] Mensch-gevallen [ ]

5 H Een' Kabeljauws genand, van wegen 'tKabel-gauw;  
  K1 Een [ ]

6 H Een Zeesche Koren-bloem, grauw onder, bouen blauw;

7 H Een   kaetsball vande Wind; een Hell en Hemel-naker  
  K1 [ ] kaets-bal [ ]

[pagina 578]
[p. 578]


illustratie

8 H   Eer 't ijemand   seggen kan, een keurlick   kaerten-maker  
  H-Ot   [ ] dencken derft; [een   ]
  K1   [   ] kaerten-maecker,

10 Ha   Een arger Argos-maet, en op   een   schooner   buijt.  
  b   [   ] schoonder   [ ]  
  Ot   [ ] een'   [   ]  
  K1   [   ] bruyt.  
  K2   [ ] een   [   ]

12 H   <E>>Alleen om roof en sold tot plass-danck te   verdienen,
  K1   [ ] verdienen;

13 H   Eer is sijn   *voetsel* niet, tot dat hij tienmael schrapp  
  H-Ot   Eer' [ ] oogh-witt [ ]
  Ot   Eer [   ]

14 H   <T>>Vijfkogels heeft gestuijtt, en noch soo menigh'   schrapp;
  K1   [ ] schrap.

16 H   <*b*>> Beklawtert hij den trapp die na<e> de guide boeijen,  
  Ot   Beklauwtert [ ]

17 Ha   Gebiedens   leckren last, het naeste toepad   leijdt.
  b   [   ] leidt.
  Ot   [   ] leidt,
  K1   [ ] leck'ren [ ] leidt.

18 Ha   Geklommen door verdienst tot   Naeld en   Roers   beleijd,
  b   [   ] beleid,
  K1   [   ] Roersbeleid,
  K2   [ ] Naeld- en Roers-beleid,

20 H   Van d'Eere Deuchts geuolgh; en segt, Ghij sijt geresen

22 H   En laet den droom sijn   oogh maer noijt sijn hert   ontgaen,  
  Ot   [   ] ontgaen.  
  K1   [ ] oogh, [   ]

23 Ha   Geraeckt 's<h>>Hemels hooger hand scheeps hooge hooft te vellen,  
  b   Komt [ ]

24 H   Hij heet   de naeste mann die meeste wonden tellen  
  Ot   [ ] sijn [naeste   ]
  K1   [   ] man, [die ]

25 H α En meeste kusten kan:   Nu siet hij van dat steijl neer
  H-Ot β [ ] die 'tSuijden meest besweet

26 H   [ontbreekt]  
  H-Ot β En 't Noorden heeft   betrilt, die Waer en Waer<mè>heen weet  
  K1   [ ] betrilt; [ ]

[pagina 579]
[p. 579]


illustratie

27 H   [ontbreekt] Nu siet hij van dat   steijl neer  
  H-Ot α Van   Op en nederson; [ ] steil [ ]
  Ot   [ ] op en neder Sonn. [   ]
  K1 β   [   ] die steilen

28 Ha   Een vlotte   Republijck verbonden aen   sijn   Zeijl;  
  b   [   ] {Republijck} [   ] Zeijl-keer:  
  b   [   ] {**} [   ] Zeijl-keer:  
  H-Ot α [   ] Republijck [   ] Zeil-keer:  
  Ot   Een' [   ] sijn'   [ ]
  K1 β [   ] Zeilen:  

29 Ha   Wie die bestormen   dorft, bedondert hij   van bijds,
  b   [   ] in tijds,  
  Ot   [ ] derft, [   ]

30 Ha   Off, lust hem meer   bescheets, hij behagelt hem van bijds,
  b   [ ] bescheeds, [behagelt hem van bijds,]

33 H   In't heetste van die vlaeg voll   tegenwoordicheits,
  H-Ot   [ ] tegenwoordicheids,

34 H   Voll redelicken toorns, voll schr<ij>>ickelick   bescheits;
  H-Ot   [ ] bescheids;

35 H   Men sterft hem rondom af, hij kan niet leeren beuen,

36 H   Soo lang<e> hij herten siet die <voo> met hem willen   leuen
  K1   [ ] leven,

37 H   En doen   all wat hij doet. Beklemt hem feller macht.  
  H-Ot   [ ] gelijck [ ]

38 H   Dan drijmael sijns gelijck, soo versch als   onuerwacht,
  K1   [ ] onverwacht;

39 H   Slaef, seght hij, euenwel en ben ick niet geboren,

39   [marge]
  Ha   [ontbreekt]
  b   Nonne mori satiùs quam vitae ferre pudorem? Claud.

40 H   Noch niemant sal't mij   sien; flux, brand in't Solfer-koren,  
  Ot   [ ] sien, [ ]
  K1   [ ] sien; [ ]

41 H   Sterft   garen, Maets, 'tis   tijd, <ontsteeckt het laeste vier>
  de naeste wegh van hier  
  Ot   Sterft,   gaeren [   ]
  K1   [ ] geerne, [ ] tijd; [ ]

[pagina 580]
[p. 580]


illustratie

42 Ha Is door de   *bodem* heen, ontsteeckt het   laeste   vier,  
  b [ ] kruijd-tonn   [heen,   ]
  K1 [   ] heen; [   ] vier;  
  K2 [   ] laetste [ ]

44 H En steruen   Wij voor uijt, sij sullen   'tlaest bekarmen;  
  H-Ot [ ] wij [   ]
  K2 [   ] 't laetst [ ]

45 H Naest rijck en onuerseerd om Kroonen t'huijs te gaen

46 H Is eerlick   scheidende sijn vijanden te slaen.  
  Ot [ ] schiedende* [ ]
  Ot-e [ ] scheidende [ ]

48 H Den zielen die haer   selfs   haer lichamen ontscheuren;  
  H-Ot [ ] self   [   ]
  Ot [   ] haer' [ ]

49 H Dat recht behoort hem toe die   beijde t'samen bracht.  
  H-Ot [ ] beide [ ]

49   [marge]
  H ontbreekt
  H-Ot Retinendus est animus in custodia corporis: nec injussu ejus, à quo ille est nobis datur ex hominum vitâ migrandum est, ne munus humannum <a deo> assignatum à deo defugisse videamur. Cic. <in Somn. Scip.>

50 H Vervloeckte   vromicheijt, in 'tswarte Rijck bedacht!  
  H-Ot [ ] vromicheit, [ ]

51 H <Heeft>Daer ons des Vorsten hand ter schildwacht heeft   bewesen,
  K1 [ ] bewesen.

52 H Verdriet ons 'tlanger staen,   dat's, langer Sijn' te wesen?  
  Ot [ ] dat's [ ]

54 H Staet, Christenen, staet vast, uw'uer en is niet om:  
  Ot Staet [ ]
  K1 Staet, [ ]

55 H Geworden, is gewis. Te worden, is   onseker;
  Ot [ ] onseker:

57 Ha [ontbreekt]  
  b Wat schu<it>>ijlter   onversiens in't doncker van 'tgeuall!  
  Ot [ ] onvoorziens [ ]
  K1 [ ] onvorsiens* [ ]
  K2 [ ] onvoorsiens [ ]

59 Ha Oock stuijten inde vlucht, oock schorten in het sineken,
  b   / /

62 H Of noemt u auerechts, en van v<an>>erbaestheit koen,  
  K1 Oft [ ]

[pagina 581]
[p. 581]


illustratie

62   [marge]
  Ha [ontbreekt]
  b Multos in summa pericula misit venturi timor ipse mali, fortissimus ille est, qui promptus metuenda pati, si comminùs instent, et differae potest. Lucan. 7.

63 Ha En onuersaeght nijt noot; soo   sijn sij die voor schanden,  
  b [ ] zijn [ ] die, [ ]

64 H Voor spott, voor dienstbaerheit in ouerwinners handen,

65 H <Verkiesen>Een sachter ongeuoel verkiesen in   haer dood,  
  H-Ot [ ] haer' [ ]

66 Ha En trachten nae de winst van kleijn verdriet   om groot.  
  b [ ] voor [ ]

67 H Hollander, 'tpast v niet, noch voor   een Mensch te vreesen,  
  K1 [ ] een' [ ]

68 Ha Noch vande rechte vrees van bouen   vreemt te   wesen:  
  b [ ] vreemd [   ]
  Ot [   ] wesen;  

69 Ha Wat soecken wij   het licht op 'thoogste vanden Noen?  
  b [ ] den dach [ ]

70 H De Waerheit heeft gese<ijt>>ght, Ghij sult geen doot-slagh doen.  
  Ot [ ] geen' doodslagh [ ]

73   [marge]  
  H [ontbreekt]  
  H-Ot Ad mortem non   pigre ire satis est. Curt.  
  Ot [ ] frigidè [ ]

74 H Maer 'tsteruen komt u t'huijs, of 'tleuen is v best.
 
  [ondertekening en datering]
  H 20.a 8bris. 1623. Hag.
  H-Ot [Hier haalde Huygens de datering en zijn naam niet door. Bij de andere printen deed hij dat wel. Ik vermoed dat hij hier de naam en de datum vergeten is te schrappen. Ik laat ze weg.]


Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken